Zweepslag

Wat is het?

‘Een overbelastingsblessure van de kuitspier, variërend van een haarscheurtje tot een echte ruptuur. De beschadiging doet zich meestal voor op de overgang van spier- naar peesweefsel.’

Wat voel je?

‘De meeste mensen rapporteren de bekende ‘tik’, alsof ze een trap tegen de kuit krijgen. Vandaar de naam ‘zweepslag’. Je voelt een forse pijnscheut en kunt vervolgens zeker niet meer hardlopen. Vaak zeggen mensen tegelijk een knappend geluid te hebben gehoord. Overigens is de blessure bij lopers vaak wat minder acuut dan bij bijvoorbeeld tennissers of voetballers. Het komt geleidelijker opzetten. Je krijgt dan een zeurende pijn in de kuit. Als je daar alert op bent, kun je voorkomen dat de overbelasting ook daadwerkelijk resulteert in een scheurtje.’

Komt het vaak voor?

‘Je ziet het vaker in explosieve sporten, maar de zweepslag zit beslist in de top tien hardloopblessures.’

Hoe stel je het vast?

‘Het verhaal van de patiënt laat doorgaans weinig te raden over. De pijn zit meestal aan de binnenzijde van de kuit, op de overgang van het spier- naar het peesweefsel. De spier zal op de plek van de beschadiging wat gezwollen aanvoelen, vanwege de bloedinkjes. We doen altijd de zogenoemde Thompsontest, om te kijken of de achillespees niet gescheurd is. Daarbij knijpen we in de kuitspieren terwijl het been vrij hangt of ligt, bijvoorbeeld in knielende zit. Als alles goed is, strekt de spier de voet via de achillespees. Is er sprake van een ruptuur, dan gebeurt dat niet of in mindere mate. Om een spierscheur met zekerheid vast te stellen zou je een echo kunnen maken, maar in de acute fase wordt het beeld vaak vertroebeld door vocht.’

Wat doe je er aan?

‘In eerste instantie de bekende RICE-riedel. Rust, ijs, compressie en elevatie. Die rust moet je heel letterlijk nemen. In de eerste 48 uur vooral niet masseren en geen warmte toedienen, want je wilt de doorbloeding in deze fase juist niet stimuleren. Tegen de pijn mag je paracetamol gebruiken. Wanneer je de volgende dag weer op het aangedane been kunt lopen, gaat het waarschijnlijk om een lichte blessure. Doe in dat geval rekoefeningen door een handdoek om de voorkant van de voet te slaan en langzaam naar je toe te trekken tot je een lichte rekpijn voelt. Belast het been vervolgens iedere dag wat meer, tot je pijnvrij bent. In ernstiger gevallen moet je de spier na 48 uur voorzichtig tot de pijngrens gaan belasten. Eerst doe je lichte kuitenwip oefeningen om de kuitspieren soepel te houden, later voer je belasting steeds verder op. Het is belangrijk dat je de spier zo snel mogelijk mobiliseert, om verder krachtverlies te voorkomen. Als de acute fase voorbij is en de zwelling is verdwenen, is het wèl verstandig om de kuit te masseren. Laat dat bij voorkeur doen door een sportfysiotherapeut. Hij of zij kan er voor zorgen dat er zo weinig mogelijk littekenweefsel ontstaat.’

Hoe lang duurt het herstel?

‘Het spierscheurtje heelt altijd vanzelf. De duur is afhankelijk van de ernst van de beschadiging. Met een flinke zweepslag ben je over het algemeen zo’n zes weken zoet.’

Zijn er risicofactoren?

‘Als je een keer een zweepslag hebt gehad, is het risico op herhaling groter. Het littekenweefsel is namelijk niet functioneel, dat wil zeggen dat het niet mee doet aan de spiercontractie en zodoende blijvend een zwakke plek vormt. Minder goed ontwikkelde kuitspieren zullen uiteraard eerder overbelast raken. Als je na jaren van inactiviteit plotseling heel hard of heel lang gaat lopen, gaat de boel eerder stuk. Leeftijd speelt voor zover ik weet geen rol. Verkeerd schoeisel vergroot de kans op zo’n beetje alle narigheid. Maar de grootste risicofactor is intensiteit. Naarmate je de spier langer en forser belast, neemt het risico op een scheurtje toe.’

Hebben mensen met nachtelijke kuitkramp een hoger risico?

‘De oorzaak van kuitkramp is niet volledig duidelijk. Er zijn in elk geval geen aanwijzingen dat er een verband is tussen het hebben van kuitkramp en het risico op een zweepslag.’

Hoe voorkom je het?

‘Helaas is een zweepslag als je serieus aan sport doet niet altijd te voorkomen. Een goede warming up is belangrijk, vooral als voorbereiding op een loop met heuvels of explosieve momenten. Koude spieren en pezen zijn minder goed bestand tegen rek- en trekkrachten, dus kleed je op de weersomstandigheden. Verder geldt dat hoe meer kracht je in je kuiten hebt, hoe geringer de kans is dat je ze overbelast. Sporten als fietsen en steppen, maar ook tennissen, zijn goede kuitenbijters. Als je je kuiten echt wilt conditioneren, kun je barefoot running overwegen. Wel heel geleidelijk opbouwen, anders krijg je meteen een zweepslag! Tenslotte hebben veel atleten goede ervaringen met het dragen van compressiekousen.’